het Monument

De St. Laurentiuskerk:  een monument
De Sint Laurentiuskerk is een van de grootste monumenten van de stad Alkmaar en omgeving maar daarbij ook een van de meest onbekende. Door zijn situering aan het Verdronkenoord te Alkmaar is de kerk vrijwel onzichbaar vanaf de gracht. De architect, de beroemde Pierre Cuypers, had de bedoeling om de kerk vrijliggend te situeren aan het Verdronkenoord, maar daar is weinig van terecht gekomen. Vanuit de Nieuwstraat en uiteraard in het monument heeft men een idee van de afmetingen van het monument.
De Alkmaarse schilder B.G. ten Berge maakte in 1858 een prachtig schilderij van de bouwplaats van de kerk aan het Verdronkenoord. Hierop is ook goed te zien het pand van de voormalige pastorie, aan de noordkant van het kerkplein. 

De Sint Laurentiuskerk kreeg als plattegrond een Latijns kruis. Het schip, het dwarsschip en de eerste twee traveeën van het koor zijn voorzien van zijbeuken. De aanleg is basilicaal, hetgeen wil zeggen dat de middenbeuk boven de zijbeuken uitsteekt en eigen vensters heeft.
De meeste door Pierre Cuypers ontworpen kerken zijn in steen overwelfd. De Laurentius heeft echter alleen stenen gewelven over het koor en alle zijbeuken; de hoge middenbeuken van schip en transept kregen eik een houten tongewelf. Cuypers heeft voor deze overwelving in hout gekozen, omdat ook de hoge beuken van de Grote of Sint- Laurenskerk, waar de katholieken vóór de Reformatie hun diensten hielden, in hout waren overwelfd. Overigens zijn er, in vorm en detaillering, wel duidelijke verschillen tussen beide. Door de toepassing van hout in het schip kon gekozen worden voor een andere constructie; hier zijn geen luchtbogen ter ondersteuning van het gewelf in tegenstelling tot de absis. 
De wanden van de hoge midden-beuken laten een driedelige opbouw zien : beneden, op de scheiding van middenbeuk en zijbeuken, de pijlers met de daarop rustende 'scheibogen' (de scheiboogzone); bovenaan de vensters (de vensterzone of lichtbeuk-zone); en tussen beide in een reeks van kleine bogen, vier in elke travee: de triforiumzone. 
Een triforium is een smalle gang, uitgespaard in de dikte van de muur, waar men doorheen kan lopen en die door boogjes is geopend naar het schip van de kerk. In de Laurentius moeten we eigenlijk spreken van een schijntriforium: het gangetje in de muurdikte ontbreekt, en vanuit de kerk zou men door de boogjes direct kunnen kijken in de zolderruimten boven de zijbeuken, ware het niet dat de boogopeningen door ajour reliëfs zijn opgevuld.

De muren van de kerk zijn opgetrokken uit rode handvormsteen; in het bestek worden ze "beste hard grauwe moppen" genoemd. Voor sommige onderdelen, zoals de basementen van de pijlers, is blauwe hardsteen gebruikt.
Share by: